Dorpsnieuws

Joost JansenOverweging op 20 november 2016

Kiezen we wel de goede mensen? En hoe kiezen we? Met het oog op het algemeen belang? Of uit de onderbuik, omdat je niet gehoord wordt, geen erkenning krijgt?

Hoe komt het dat een Trump wordt gekozen en andere keurige kandidaten geen kans krijgen? Er wordt wel eens gezegd: je krijgt de leider die je verdient. Het is wellicht daarom ook dat leiders sneuvelen tijdens hun termijn. Het hoeft lang niet altijd aan de leider zelf te liggen, het kan ook gewoon liggen aan de mensen waarvoor zij of hij staat. Jezus is ook uit de weg geruimd, getuige het evangelie van vandaag. Ik ga er vanuit dat Hij niets dan goeds in zich had, maar de jaloezie van mensen is Hem fataal geworden.

Wat is er nodig om een goede leider te zijn? Er zijn managementboeken te over. Zij beschrijven waaraan een vrouw, een man moet voldoen om goed leiding te geven aan een organisatie. Er zijn er die heldere doelen stellen en dan proberen hun mensen hierin mee te krijgen. Een andere weg is het stimuleren van het onderlinge gesprek en van daaruit samen ontdekken welke de juiste weg is. Vaak is het een mix van de twee. Bij Jezus zien we dat beide wegen aanwezig zijn, hoewel… Natuurlijk heeft Jezus een duidelijke visie: Gods rijk op aardde. Ook Hij weet dat dit altijd toekomstmuziek zal zijn. ‘Vandaag nog zul je met mij zijn in het paradijs’, zegt hij tegen de goede moordenaar. Dus als ze beiden dood zijn...

Die duidelijke visie heeft Jezus ook aangezet toen Hij – aan het begin van zijn loopbaan - zijn Bergrede uitsprak: Zalig de armen van geest, zalig de barmhartigen, zalig zij die vrede brengen… Maar het belangrijkste bij Hem was toch het onderlinge gesprek, steeds maar weer. Je laten leren door anderen. Niet kost wat kost je visie doordrijven maar luisteren naar wat er leeft onder mensen, aanvoelen dat ze graag nabijheid verlangen, persoonlijk. Je laten meebewegen met een gemeenschap en toch weer het doel voor ogen houden: er is een Koninkrijk, een paradijs te winnen. Wat die Jezus in zijn laatste levensmomenten zegt, is wel van het hoogste belang. En Jezus had het op het kruis over zijn Koninkrijk en het paradijs. Kan het sterker?

Zowel in de politiek, als in de verdere samenleving en ook in de kerk zien we dat meningen doorgedrukt worden. En men slaagt er het best in als eerst mensen angst wordt aangejaagd met doemscenario’s. ‘De vluchtelingen pikken onze banen in’, hoor je mensen zeggen vanuit de onderbuik. En een tuinder in Dinther heeft moeite om Nederlanders aan het werk te krijgen. ‘Ze pikken onze zwarte Piet af’, luidt een ander onderbuikgevoel. ‘Ze’ zeggen dit, ‘ze’ doen dat. Anoniem, men speelt in op gevoel en angst. Men vergeet om met elkaar in gesprek te gaan.

In de twee lezingen die we hebben gehoord zijn mensen wél met elkaar in gesprek. Tot op het hoogste niveau, tot op het kruis. Koning David was een echte leider en werd zo door zijn mensen erkend. ‘Wij zijn jouw eigen vlees en bloed.’ Kan het sterker? Wij horen bij jou en jij bij ons. Wij hebben een bloedband. Zo zou ieder wel leider binnen een organisatie willen zijn! En David is in gesprek gebleven, met al zijn valpartijen en met telkens weer zijn omkeer. Ook Jezus, op het kruis, tot in zijn laatste levensmomenten toe, is in gesprek gebleven. Met twee moordenaars, de slechte en de goede (zo worden ze genoemd in de Traditie). ‘Vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs…’

Er is een wereld waarin alles klopt, waarin mensen elkaar totaal genegen zijn en ieder zorgt voor elkaar. Die wereld is er nog bij lange na niet. Die wereld wordt ons wel voorgehouden. Jezus noemt die wereld: het Rijk van God, en het is een paradijs. Voor de weg naar die wereld, naar dat Rijk van God zijn leiders nodig. Mensen die steeds met ieder in gesprek gaan, stimuleren, richting geven, meebewegen in een gemeenschap, bouwen aan respect en barmhartigheid. Het bijzondere van ons hier samen is dat wij allemaal deze mensen kunnen zijn. Die capaciteit en die mogelijkheden, zijn ons al bij ons doopsel meegegeven. Dat mag onze trots zijn. Met het oog op dat Rijk van God, op dat paradijs…

Joost Jansen, Abdij van Berne